Posts

Posts uit 2016 tonen

Van-toe

Het laagseizoen is aangebroken. Dat voel ik niet enkel aan mijn water, dat zie ik logischerwijze ook aan de kalende bomen, de dalende temperaturen, de hogere leeftijd van de gemiddelde toerist en het geringer aanbod van gegidste stadsbezoeken. Maar vooral, de top is toe. Het stond te lezen in de krant : de weg naar het beruchte en begeerde hoogste punt van de Mont Ventoux is onherroepelijk versperd door een rood-witte slagboom en een seinbord dat geen twijfel laat bestaan : "sommet fermé". Tot 15 april 2017. De reus van de Provence gaat in winterslaap. Grofweg vijf maanden krijgt hij, om te bekomen van de niet aflatende pletwalsing van banden allerhande : van professionele en minder professionele wielrenners over karavanen vol supporters, motoren met een camera, quads en cabrio's tot bezemwagens en caravans. Je kunt het zo gek niet bedenken of men rijdt er die berg mee op. Maar sinds deze week wordt er dus een voorlopig einde gebreid aan deze onophoudelijke period

En wij die dachten...

Het regende deze ochtend in Avignon. Pijpestelen. Comme vache qui pisse. En ik moest mijn traanklieren tegenhouden niet dezelfde watervallen te veroorzaken. Ik opende mijn ogen en de nieuwsapp op mijn smartphone en even dacht ik dat ik nog sliep, dat ik nog bewusteloos verwikkeld zat in een hopeloze nachtmerrie. Zoals je in een nare droom soms opgelucht beseft dat het maar een droom is en dat je maar in je wangen hoeft te knijpen om te beseffen dat al het kwaad achter de rug is. Maar dan omgekeerd. Nachtmerrie wordt realiteit, de realiteit is een nachtmerrie. Ik schudde mijn hoofd uit alle macht, wreef me de ogen uit het lijf en besefte dat er geen weg terug was. Ik sloot mijn ogen, kroop ver weg onder het dekbed, maar het kwaad was geschied. De twijfel, de teleurstelling, de angst, het verdriet had zich al lang een weg gebaand naar mijn steeds wakkerdere geest en begon stilletjesaan door te dringen in de intiemste wateren van mijn ziel, diep tot op de bodem. Hetzelfde gevoe

expresweg

Achter ons ouderlijke huis liggen velden. Akkers waarvan we ieder jaar hoopten dat ze een triljoen graanzaadjes zouden verwelkomen. Landbouwgebied waarop ieder zaaiseizoen echter metershoge maïs kwam te staan, die enkele maanden later met grote combines tot diep in de nacht kortgeschoren en gehakseld werd. Die maïsvelden verpestten niet enkel ons bucolische vergezicht, maar spraken ook tot onze kinderlijke horrorverbeelding. Duistere maïsverhalen waren ons niet vreemd, van kindjes die verstoppertje speelden tussen de manshoge stengels, verdwaalden, de weg naar huis niet meer vonden en van honger en dorst omkwamen. Of ze werden op de pinnen van die grote gele machines gespiesd. Verderop kon je ook wel eens een bietenveld bespeuren. Dat was plezant, want die suikergroente kon je rauw eten. Ooit al eens een biet uit de grond getrokken (toegegeven, je moet een beetje wrikken, zoals met een losse tand, die knollen laten zich niet zomaar te grazen nemen), het zand grofweg weggevaagd met de

ode aan de vreugde

Ik heb nog niet zoveel historische momenten meegemaakt in mijn jonge leven (laat ons eerlijk zijn, achtentwintig is nog altijd jong... Hé, hé?). Er waren er ongetwijfeld verscheidene, maar ik was te jong om ze te beseffen of mijn geest was nog niet rijp genoeg om ermee om te gaan. De twin towers, die heb ik nauwelijks recht zien staan. Ik snapte wel dat een vliegtuig dat expres in een gebouw vliegt niet koosjer was, maar het maatschappelijke drama en de geschiedenis erachter ontging mij. Met mijn grootvader bestudeerde ik de eerste euro's en sindsdien moet ik Belgische frank omrekenen naar euro om te vatten om welk bedrag het gaat. Enorm veel invloed heeft dat dus ook niet op mij gehad.  Maar sinds ik groot ben, zie ik het grotere plaatje (soms) en besef ik de omvang. Groot worden is niet altijd leuk. De recente gruwelijke gebeurtenissen overal ter wereld en in België en Frankrijk in het bijzonder troffen me recht in het hart en in het hoofd. Ik voel dat het ook over mij gaat,

tsjoeke tsjoek

"De trein is altijd een beetje reizen", beweert de NMBS. Dat klopt als een bus. Hij brengt je van punt A naar punt B en dat komt geheel overeen met hoe Van Dale het woord "reizen" definieert: "het trekken van een plaats naar een andere". Spek voor de bek voor deze fan van het spoor. Maar de trein nemen is meer dan zich louter verplaatsen, het is ook dagdromen, (her)ontdekken, het avontuur tegemoet gaan en... reizen. Voor een kleindochter van een buschauffeur en ondernemer in een ooit zo florerend busbedrijf, is de trein geen evidentie. Reizen dan weer wel.  Coca-Cola maakte een vijftiental jaar geleden een zeemzoete ietwat melancholische advertentie op televisie van een groepje vrienden (ik schat ze de studentenleeftijd) die na een feestje op een warme zomeravond op het nippertje de laatste trein halen. Uitgelaten en vrolijk lachend nemen ze plaats in een zo goed als lege wagon. Met gulzige slokken drinken ze van een flesje vol sprankelend donkerbruin

coup de foudre

Een verdwaalde toerist de weg kunnen wijzen, daar gaat het mij om. Een rosé geserveerd krijgen nog voordat je de bestelling hebt geplaatst. Een mopje maken met de kassierster van de plaatselijke supermarkt. Vaste klant en klant is koning, weet je wel. Overvallen worden door ongebreidelde euforie wanneer je voor de duizendste keer op weg naar huis door de straten struint. Dát is wat mij gelukkig maakt aan wonen op een ander. Oh triomf wanneer iemand in de straat je aanspreekt met "excuseer, bent u hier thuis?" en je deze vraag affirmatief kan beantwoorden. 't Zal wel zijn, meneer! Het delicieuze gevoel wanneer je kan zeggen "dus dan gaat u hier rechtdoor, slaat u aan de bakker rechtsaf en u zal zien, op uw linkerkant bevindt zich het museum voor schone kunsten". Om duimen en vingers van af te likken. Tiptop. Sommige stadsbewoners lijk je al jaren te kennen, maar eigenlijk weet je zelfs niet hoe ze heten: "de gek met zijn honden", "die lang

vrijheid blijheid

't Is zover! Eindelijk kon ik vandaag mijn kousen over de haag zwieren. Haleluja! Dat was niets te vroeg. Als ik me goed herinner, liep ik vorig jaar al enkele weken blootbeens door de straten van Avignon te huppelen (ja, ik ben elegant en huppel). Voor iemand die nooit broeken draagt, is dit een moment van glorie: weer een winter overleefd op nylonkousen allerhande, jochei! Eindelijk valt de druk weg, de angst om toch maar geen ladders te maken in alweer een splinternieuw paar, of om ze te wassen op te hoge temperatuur waardoor ze medogenloos krimpen, hun vorm verliezen of simpelweg te lelijk voor dragen worden. Ik maak nooit de rekening op het einde van het seizoen, daar zou ik moedeloos van worden, maar het is een budget, die kousen, geloof me vrij. Wat een heerlijk gevoel, dat lentebriesje dat zacht je benen streelt. Elk jaar opnieuw katapulteert het me terug naar een onbestemd moment lang geleden. Toen ik na schooltijd woensdagmiddag mijn "speelkleren" aantr

van duivels en kannibalen

Kijkt u wel eens voetbal? Indien u een Belg bent, waarschijnlijk wel. Indien u een Fransman bent, waarschijnlijk ook. En zit u wel eens aan de buis gekluisterd voor het wielrennen? Hier wederom: indien u een Belg bent waarschijnlijk wel, indien u een Fransman bent, waarschijnlijk ook.  Ik ben een Belg wonende op een goeie vijftig kilometer van de Mont Ventoux in een land dat zich volop opmaakt voor dé Europese voetbalafspraak deze zomer... Dus ik kijk beide, forcément. Nu ja, kijken is veel gezegd. Ik heb nog nooit een hele rit van in het begin uitgezeten en een match gun ik enkel een blik waardig als mijn land of gastland eraan te pas komt, of een landgenoot. Een grote supporter is er aan mij dus niet verloren gegaan, maar ik observeer op mijn beurt wel graag de toeschouwers. Ik kom uit een wielrennersfamilie. Mijn grootvader kon hele zonovergoten juli-dagen voor de beeldbuis zitten, rolluiken toe en de kaart van Frankrijk op de schoot. Mijn andere grootouderpaar gaat graa

nightcall

Afbeelding
Een doorwinterde nachtbraker ben ik niet, maar ik hou van het vallen van de avond, het donkerworden, het schemeren. Le crépuscule, zoals het Frans het nog maar eens mooi verwoordt. Van een fascinerend tijdstip gesproken. Alles is nog mogelijk, en overzichtelijk tegelijkertijd. Er rest je nog hopen tijd, en ook weer niet. Wat ervoor zorgt dat alles een extra intensiteit krijgt, die ook ietwat gelaten (of was het geladen?) en relaxed is. Het drukke en chaotische is voorbij, nu kan enkel nog het mooie komen. Het onderweg zijn naar huis. Onderweg zijn at all. Een terugrit in de auto als kind. Op 't gemak, reflecterend over de voorbije dag (ja, ik kon als kind supergoed reflecteren). Hoofd tegen het raam, lome oogleden, nog een klein uur rijden. Muziekje al dan niet in de oren. Melancholie ten top, toen al. Of een treinrit van Antwerpen naar Gent, de avond voor een nationale feestdag. Het donkerende landschap schuift voorbij en neemt de werkdag op zijn passage mee. Een hele trein

zwembadbloot

Een nieuw ritueel is het mijne geworden: elke woensdagavond net na het werk, geef ik me bloot. Dat doe ik niet in één van de louche bestelwagentjes die 's avonds uitdagend de stadswallen sieren, maar in het aangename lichaamstemperatuur-warme water van het stedelijke zwembad. Een zo goed als naakte bedoening, zwemmen, daar is iedereen het wel over eens. Je moet er wat voor over hebben, zelfs voor aan de kant zetten. Schroom bijvoorbeeld. En dat begint al bij de voorbereiding. Enkele minuten voor openingsuur stromen de prof- en zondagssporters toe aan de kassa, rustig het signaal afwachtend waarop de inkomstkaartjes gescheurd mogen worden. Dat kan even duren, want eerst moeten de zwemmertjes van de middelbare school nog het bad uit worden geëvacueerd.  Tijdens dat wachten dwalen je ogen en gedachten af naar je toekomstige baantjes-rivalen en voel je ook de anderen loensen en nieuwsgierig om zich heen kijken. Subtiel staat iedereen elkaar met de ogen uit te kleden om

Oh dierbaar België

Oh dierbaar België... Je bent niet mijn heilige land. Wel dat van mijn vaderen. Jouw bodem bezit mijn dna, mijn wortels groeien in jouw vlakke land. Zoals een hart betaamt, ben je maar een zakdoek groot, in het midden van een corpulent Europa-lijf. Een lapje grond waar alles kan, waar surrealisme hoogtij viert. Jouw humor blijkt vitaal. Je bent heel veel en tegelijkertijd wil je soms zo weinig zijn. Je bent bijzonder en tegelijkertijd zo doodnormaal. Ik verliet je, want ik heb een hekel aan je grijze lucht en vieze regen en aan problemen die geen problemen zijn. Maar gisteren werd je midden in jouw hart geraakt. En ik voelde me daveren op mijn grondvesten.

zever, gezever

De zevende kunst...een intrigerend goed. Ik hou van film en cinema, heb ik altijd al gedaan. Vroeger gaf ik gemakkelijk geld uit aan de "2+1" of "3 voor 20"-dvd-acties van Fnac of Bilbo, tegenwoordig koop ik zo ongeveer één keer in een trimester een tienbeurtenkaart voor cinema Utopia in Avignon. En dat kan hier nog voor zo'n schamele achtenveertig euro! Dat heb ik eerlijk waar nog nergens anders gezien. En ze hebben een áánbod! Hun programmatie wordt niet op een flauw flyerke gedrukt, maar werkelijk in een krantje geprint, "la gazette" genaamd. Er worden kleine en grote pareltjes uit de vier windstreken op hun witte doek geprojecteerd. Een mens zou er voor minder cinefiel van worden. Aan deze positieve noten voegt zich nog de meest bijzondere toe... alle films zijn ondertiteld! Ondanks het feit dat ondertitels zeer zeldzaam zijn in het land der chauvinisten heeft Utopia gelukkig begrepen dat een film pas een reden tot bestaan heeft als hij ongecensur

Martiny

Afbeelding
Net zoals zowat de hele Belgische en Franse vrouwelijke kinderbevolking sinds na de tweede wereldoorlog, verslond ook ik de wereldbekende Tiny/Martine-boeken. Ik zeg "boeken", maar ik bedoel in eerste instantie "prenten". Want "een Tiny" openslaan is als een duik nemen in een magische maar vertrouwde onderwaterwereld. Niet dat Tiny een zeemeermin is, of een duiker, of een Kevin Costner-gewijze "aquatic human mutant" met kieuwen, nee dat niet. Ze is een gewoon simpel meisje, net zoals u en ik. Tenzij u, lezer, een man bent, maar dan leek ze ongetwijfeld op het meisje van uw dromen, of tenzij u een wereldberoemd kindsterretje was, maar dan was ze misschien wat u stiekem wou zijn. Een alledaags meisje dus. Dat misschien nét iets te veel haar onderbroekje liet zien. En dat haar zwarte vriendinnetje "Coco" noemde. Akkoord. Maar een meisje dat op zo'n manier getekend werd dat je door één prent te bekijken niet enkel stante pede werd te

nieuwe noden

Het moet zowat de vierde keer zijn dat ik een derde blog probeer op te richten en in stand te houden... Na de webstek voor avonturen in Sevilla en Avignon, probeerde ik een derde plaatsje op het net te veroveren via allerhande berichten, met de intentie die telkens te vertalen en zo een spreek- of eerder schrijfbuis te vinden voor het Franco-Nederlands dat mijn hart, hoofd, leven en vaderland beheerst. De "salu(t)-blog" zag het levenslicht. Dit nieuwe digitale avontuur vereiste echter enige concentratie, toewijding, energie en tijd en als goede opgever die ik ben, liet ik deze laatste blog al snel voor wat het is. Bovendien ging het van enigszins poëtische stukjes over tot een relaas van mijn leven in een nieuwe stad, dus de rode draad kleurde eerder rozig en begon uit te vezelen. En daar komt dan nog eens bij dat op dat moment zo ongeveer iederéén een blog begon en als er nog iets is waar ik tegen wil en dank goed in ben, dan is het wel om geen trends te willen volgen.

hartenjagen

Ik ben geen spelletjesspeler, dat weet iedereen. Niets irritanter dan iemand die in alle leute elke mogelijkheid tot een gezellig potje keuvelen, grappen en grollen of amateurfilosoferen de kop indrukt met de dooddoener "heeft er niemand een boek kaarten bij?" Geef mij dan maar meteen een echt boek. Aan mij is geen kolonist, strateeg of monopolist verloren gegaan. Ik verkies Avignon boven Carcassonne, ga liever echt op hotel en het lijkt me logisch dat risks of valkuilen zo goed als mogelijk vermeden worden. Maar als het op vertalen aankomt, dan sta ik op de eerste rij. Hm? Vertalen? Spelletjes? De link lijkt ver te zoeken, maar niets is minder waar. Vertalen is puur spel. Toch zeker als het richting de moedertaal gaat. De eerste fase lijkt misschien eerder op een vorm van arbeid, maar daarna, tijdens het hernemen en herlezen, puur inspannende ontspanning. En was dat niet waar spelletjes voor staan? Strategie, rekenen en berekenen, dát is vertaalwerk. "Als ik hi